‘Het groenste kantoor van Nederland’. Ik moet er inmiddels van glimlachen. Ontwikkelaars en huurders schreeuwen het van de daken: zij hebben het groenste gebouw van Nederland! Ja, ja. Gefeliciteerd. Ik zal voor de gezelligheid maar even meegaan met de euforie en mij niet afvragen hoe het kan dat al die panden gelijktijdig de groenste zijn; ik wil de green party natuurlijk niet verpesten.
Silver, Gold, Platinum… wat voor edele metalen gaan er nog bijgehaald worden om het nog, nog, nog groenere gebouw te duiden. Het voelt een beetje als bij wasmachines en vaatwassers. Als ik nu de winkel binnenloop zie ik bijna alleen nog maar AA of A++ apparaten staan en als ik de autoreclames mag geloven is rijden zelfs goed voor het milieu is geworden. Het kan snel gaan.
Maar natuurlijk niet zó snel. Ja, auto’s zijn behoorlijk zuiniger geworden de laatste jaren, maar rijden is nog steeds niet duurzaam natuurlijk, zelfs niet in een elektrische. Wellicht wel iets minder vervuilend, maar zeker niet duurzaam. Zeker niet als je de totale levenscyclus van de hele auto in de analyse meeneemt, inclusief fabricage, afval en accu’s. Begrijp me niet verkeerd: ik vind elektrische auto’s een fantastische ontwikkeling (en fantastisch rijden!), maar nog beter is voorlopig even geen nieuwe auto kopen (tenzij er echt heeele zwarte walmen uitkomen;).
Ja, een moderne auto is zuiniger, maar voordat je de energie van fabricage en verwijdering hebt goedgemaakt ben je jaren verder. Kortom, rij vooral nog even door voordat je een nieuwe auto koopt. Echt, 250.000 kilometer kan makkelijk.
En zo is het ook met gebouwen. Heel goed dat er nieuwe groene gebouwen ontwikkeld worden. Maar wie kijkt er naar het gebouw dat leeg en eenzaam achterblijft? Was het werkelijk noodzakelijk om een nieuw blok beton neer te zetten? Of ging het toch ook een beetje om de ‘kick’ van een nieuw kantoor. De drang om iets groots en meeslepends neer te zetten… Dat wil toch elke ceo? En nu nog duurzaam ook!
De drang om duurzame gebouwen, auto’s, wasmachines, TV’s en koffiemachines te maken is heel groot. En natuurlijk is het echt fantastisch dat die dingen er zijn. Alles wat je vandaag koopt moet zo schoon mogelijk zijn. Maar duurzaamheid vergt nu juist een wijdere blik. Niet alleen naar een object kijken maar naar een systeem. Niet naar een gebouw, maar naar een wijk. Niet naar een schakel, maar naar een keten. Niet naar een moment, maar naar een levenscyclus. En dan is ‘nieuw’ niet perse de groenste keuze.
In de kantorenmarkt is dit zeker aan de hand. De leegstand is op dit moment is bijzonder hoog en toch willen opdrachtgevers nieuw bouwen. Omdat het gewoon gaaf is om te doen! Je eigen gebouw bouwen! Prachtig toch?! Maar duurzaam is het niet. Zelfs als het pand energie-neutraal is (wat bijna nooit echt zo is), dan nog zijn de energiebehoefte en vervuiling bij de bouw en sloop bij elkaar gigantisch.
Minder vervuilend? Misschien. Maar duurzaam? Zeker niet. Laten we die term niet gebruiken waar hij niet past.
Grappig genoeg heet deze site ‘Duurzaam Gebouwd’. Voltooid verleden tijd dus! Blijkbaar hadden de initiatiefnemers een vooruitziende blik. Laten we dus wat minder ‘duurzaam bouwen’ en wat meer kijken naar wat er al staat. Dat is pas echt duurzaam gebouwd.